Pijlentheorie
PIJLEN
bijvoeglijke bepaling
kan voor of achter het kernwoord (zn) staan
gewone rechte lijn
kenmerken
-
is altijd een zinsdeelstuk; kan nooit alleen voorkomen
-
kan alleen naar een zn in hetzelfde zinsdeel verwijzen
-
in elke zin mogelijk (van o tot bwb)
-
je kan meerdere bepalingen bij één zn hebben
-
in een bijvoeglijke bepaling kan weer een bijvoeglijke bepaling zitten
Bijstelling
een speciaal soort bijvoeglijke bepaling
zegt iets van het zn
golfjeslijn
kenmerken
-
staat altijd achter het kernwoord (zn)
-
kan het kernwoord vervangen
-
staat tussen 2 komma's (of een ' ; ' als het het einde van de zin is)
-
kan niet met een voorzetsel beginnen
-
kan geen ww-en bevatten
-
kan ook verwijzen naar een woordgroep
ondergeschikte bijwoordelijke bepaling
krijg je als het kernwoord van een zinsdeel GEEN ZN is (en ook niet die functie heeft).
Bijvoorbeeld:
1.) de reizigers waren verschrikkelijk moe.
VERSCHRIKKELIJK; ondergeschikte bijwoordelijke bepaling omdat verschrikkelijk wat over moe zegt en dat is geen zn.
stippeltjeslijn