Samenvatting H5

14-06-2014 19:00

34. Historische achtergrond 1700-1800

 

17e eeuw: absolute monarchieën.

18e eeuw: grotere welvaart, bevolking nam toe, burgerij ontwikkelt zich in economisch opzicht.

2e helft 18e eeuw: twee politieke stromingen:

  • Patriotten: streefden naar democratie.

  • Prinsgezinden: aanhangers van stadhouders en huis van Oranje.

 

Ook in Frankrijk verzet tegen de koningFranse revolutie

 

Culturele stroming 18e eeuw: Verlichting (vooral in Frankrijk en Engeland)

  • voor Nederland een achteruitgang t.o.v de Gouden Eeuw:

    • geen schilderkunst meer op niveau van Rembrandt en Vermeer.

    • geen Hooft of Vondel meer in literatuur.

 

35. De Verlichting

 

Verlichting: het gevoel ontstond dat de wereld langzaam maar zeker duidelijk, helder en verlicht aan het worden was.

  • Ontstaan rationalisme: alles is met de ratio op te lossen.

  • Belangrijke natuurwetenschappelijke ontwikkelingen (onderzoek elektriciteit)

  • Verlichte denkers hielden deïsme aan: de opvatting dat er wel een Opperwezen bestaat, maar dat de verering in de vorm van godsdienst, zinloos is.

    • Schrijver Voltaire verdedigde gelijkheid godsdiensten en propageerde de idee der tolerantie: ieder mens moet kunnen denken en geloven wat hij wil en geestelijken hebben daar niks mee te maken.

  • Op politiek gebied bepleitten John Jocke en Montesquieu de trias politica.

  • Ontstaan liberalisme: de overheid moet zich zo min mogelijk bemoeien met de economie. Grondlegger liberalisme: Adam Smith

  • Optimisme: vertrouwen in de menselijke rede.

    • Mens is van nature goed, zoniet, dan komt dat voort uit gebrek aan kennis.

Belang hechten aan onderwijs en opvoedingmoralistische geschriften.

  • Grote invloed: bijna alle ideeën uit die tijd zij verwezenlijkt:

    • Scheiding van Kerk en staat

    • Inperking vorstelijk gezag d.m.v wetten

    • Afschaffing slavernij en lijfstraffen

    • Scheiding van de machten

 

36. Beeldende kunst en muziek

 

Verlichting had een kleine invloed op kunst en muziek: voortgebouwd op Renaissance en Barok.

 

Kunst:

  • Rococo: decoratief

  • Belangrijkste schilder: Antoine Watteau idyllische en erotische taferelen vol nimfen en saters in zachte pasteltinten.

  • Neoclassicisme: teruggreep op classicisme in de Renaissance.

  • Belangrijkste schilder: Jaques-Louis David

 

Muziek:

  • Eerste helft overheersing door barok: Bach en Händel componeren hun werken.
     

  • Daarna steeds meer polyfoon(meerstemmig)

  • Ontstaan symfonie: muziekstuk door een aantal instrumenten samen.

  • Tweede helft: Weense klassieken: Haydn, Mozart, Beethoven.

  • Haydn: grootmeester van de symfonie.

  • Mozart: symfonieën, pianoconcerten en opera’s: Don Giovanni, Le nozze di Figaro, Die Zauberflöte.

  • Beethoven: overgangsfiguur tussen 18e eeuwse muziek en romantische muziek.

 

37. Literatuur

 

Toneel en poëzie veranderden niet: regels opgesteld in L’art poétique.

Proza veranderde wel:

  • Literatuur was een middel om een lezer rationele ideeën aan te bieden.

  • Grootste didactische werk: Encyclopédie (algemene opvoeding). (o.l.v. Denis Diderot)

  • Tijdschriften: didactisch-moralistisch (bv. kunst, wetenschap, opvoedkunde)

  • Eenvoudige stijlburgerij opvoeden

    • The Spectator (Engeland)

  • Alle tijdschriften werden spectatoriale geschriften genoemd.

    • In Nederland: De Hollandse Spectator

  • Het imaginaire reisverhaal: een tekst waarin men een reis beschrijft die nooit heeft plaatsgevonden, maar waarin de schijn wordt opgehouden dat het om een echte reis gaat.

    • Overkoepelend genre dat allerlei genres in zich op kan nemen.

    • Satire met structuur van een imaginaire reis: Reize door het apenland

    • Utopische roman/utopie: hoofdpersonen komen terecht in een ideale wereld die als voorbeeld dient voor onze wereld. (ideale wereld)

    • Robinsonade: een roman over een of meer personen die door omstandigheden van de rest van de wereld afgezonderd raken en zich alleen moeten zien te redden. Beroemdste: Robinson Crusoe.

  • Belangrijkste verandering: ontstaan van de roman.

    • Het gaat om de personen: gebeurtenissen zijn een middel om personen te beschrijven.

    • Auteurs geven karakters weer (psychologische roman) of laten zien hoe personen veranderen in hun leven (ontwikkelingsroman)

    • Romans zijn veel realistischer dan episch-didactische genres.

 

 

38. Justus van Effen (1684-1735)

 

  • Schreef aanvankelijk in het Frans.

  • De Hollandse Spectator in 1731

    • Gevuld met essays, maar ook eigen mening d.m.v kort verhaalontstaan eerste korte verhalen uit Nederlandse literatuur: vb. Thijsbuurs os.

    • Onderwerpen: literatuur, taalkunde, sociale problemen, godsdienst.

  • Propageerde het gebruik van de moedertaal.

39 . J.A. Schasz

 

  • Reize door het apenland (1788)

  • Pseudoniem van de schrijver en politicus Gerrit Paape.

 

40. Hiëronymus van Alphen (1746-1803)

 

  • Opvattingen van Rousseau waren belangrijk: de mens is in wezen goed; kinderen moeten zo lang mogelijk in hun kinderwereld blijven.

  • Literair gevolg: het ontstaan van jeugdlectuur.

  • Hiëronymus schreef jeugdboek (anoniem): Proeve van kleine gedichten voor kinderen.

  • Gedichten werden populairvertaald in Frans, Duits, Engels en Maleis.

    • Populair omdat het paste in de tijd van de Verlichting: in begrijpelijke taal allerlei wijze lessen voor kinderen.

  • Gedichten maken komische indruk op huidige lezer; talrijke parodieën op geschreven.

  • De gedichten zijn goed geschreven: in de 20e eeuw nog populair.

 

41. Betje Wolff (1738-1804) en Aagje Deken (1741-1804)

 

  • Enkele jaren na huwelijk begon Betje Wolff gedichten te publiceren en kwam ze in contact met de dichteres Agatha Deken.

    • Ze werden correspondentievriendinnen en gingen samenwonen na dood van ds. Wolff.

    • Publiceerden samen Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart in 1782.

      • Verhaal is grotendeels gebaseerd op Betjes eigen lotgevallen: het gaat over het avontuurlijke meisje Sara Burgerhart dat in handen dreigt te vallen van de schurkachtige heer R, maar tot bezinning komt en trouwt met de fatsoenlijke Hendrik Edeling.

      • De roman is geschreven in brieven: 155 brieven, geschreven door allerlei personages.

        • Nadeel van brieven: bepaalde gebeurtenissen moeten meerdere keren verteld worden om alle correspondenten op de hoogte te brengen.

        • Voordeel: de zaak wordt van alle kanten belicht, ideale vorm om karakters zichzelf te laten uitbeelden.

        • De roman geeft een goed beeld van het Hollandse leven.

        • Sara Burgerhart was een groot succes ze gingen verder in het nieuwe genre.

        • Ze moesten naar Frankrijk uitwijken vanwege hun patriottische sympathiën.

        • Laatste grote roman: Historie van mejuffrouw Cornelia Wildschut: commerciële mislukking.

        • Ze keerden terug naar Nederland, een leven van stille armoede restte hun.

        • Ze overleden kort na elkaar in 1804.